Wet van 23 september 1912, houdende nieuwe regeling van het auteursrecht
Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of hooren lezen, salut! doen te weten:
Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenschelijk is eene nieuwe regeling van het auteursrecht vast te stellen;
Zoo is het, dat Wij, den Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:

1  De aard van het auteursrecht

Het auteursrecht is het uitsluitend recht van den maker van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst, of van diens rechtverkrijgenden, om dit openbaar te maken en te verveelvoudigen, behoudens de beperkingen, bij de wet gesteld.

Artikel 2
1  Het auteursrecht gaat over bij erfopvolging en is vatbaar voor gehele
    of gedeeltelijke overdracht.

2  De levering vereist voor gehele of gedeeltelijke overdracht, geschiedt door    
   een daartoe bestemde akte. De overdracht omvat alleen die bevoegdheden   
   waarvan dit in de akte is vermeld of uit de aard of strekking van de titel
   noodzakelijk voortvloeit.

3  Het auteursrecht, hetwelk toekomt aan den maker van het werk, zoomede,
   na het overlijden des makers, het auteursrecht op niet openbaar gemaakte
   werken, hetwelk toekomt aan dengene, die het als erfgenaam of legataris van
   den maker verkregen heeft, is niet vatbaar voor beslag.


2   De maker van het werk


Artikel 4
1  Behoudens bewijs van het tegendeel wordt voor den maker gehouden hij die
   op of in het werk als zoodanig is aangeduid, of bij gebreke van zulk eene   
   aanduiding, degene, die bij de openbaarmaking van het werk als maker   
   daarvan is bekend gemaakt door hem, die het openbaar maakt.

2  Wordt bij het houden van een niet in druk verschenen mondelinge  
    voordracht geen mededeling omtrent de maker gedaan, dan wordt,  
    behoudens bewijs van het tegendeel, voor de maker gehouden hij die de 
    mondelinge voordracht houdt.


Artikel 5

1  Van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst, hetwelk bestaat uit   
   afzonderlijke werken van twee of meer personen, wordt, onverminderd het  
   auteursrecht op ieder werk afzonderlijk, als de maker aangemerkt degene,
   onder wiens leiding en toezicht het gansche werk is tot stand gebracht, of bij
   gebreke van dien, degene, die de verschillende werken verzameld heeft.

2  Als inbreuk op het auteursrecht op het gansche werk wordt beschouwd het  
   verveelvoudigen of openbaar maken van eenig daarin opgenomen afzonderlijk  
   werk, waarop auteursrecht bestaat, door een ander dan den maker daarvan 
   of diens rechtverkrijgenden.

3  Is zulk een afzonderlijk werk niet te voren openbaar gemaakt, dan wordt, 
   tenzij tusschen partijen anders is overeengekomen, als inbreuk op het 
   auteursrecht op het gansche werk beschouwd het verveelvoudigen of 
   openbaar maken van dat afzonderlijk werk door den maker daarvan of diens 
   rechtverkrijgenden, indien daarbij niet het werk vermeld wordt, waarvan het
   deel uitmaak

3 De werken, waarop auteursrecht bestaat


Artikel 10

1  Onder werken van letterkunde, wetenschap of kunst verstaat deze wet:
1  boeken, brochures, nieuwsbladen, tijdschriften en alle andere geschriften;

2  tooneelwerken en dramatisch-muzikale werken;

3  mondelinge voordrachten;

4  choreografische werken en pantomimes;

5  muziekwerken met of zonder woorden;

6  teeken-, schilder-, bouw- en beeldhouwwerken, lithografieën, graveer- en 
    andere plaatwerken;

7  aardrijkskundige kaarten;

8  ontwerpen, schetsen en plastische werken, betrekkelijk tot de bouwkunde, 
   de aardrijkskunde, de plaatsbeschrijving of andere wetenschappen;

9  fotografische werken;

10  filmwerken;

11  werken van toegepaste kunst en tekeningen en modellen van nijverheid;

12  computerprogramma?s en het voorbereidend materiaal;


en in het algemeen ieder voortbrengsel op het gebied van letterkunde, wetenschap of kunst, op welke wijze of in welken vorm het ook tot uitdrukking zij gebracht.

2  Verveelvoudigingen in gewijzigde vorm van een werk van letterkunde, 
   wetenschap of kunst, zoals vertalingen, muziekschikkingen, verfilmingen en 
   andere bewerkingen, zomede verzamelingen van verschillende werken, 
   worden, onverminderd het auteursrecht op het oorspronkelijke werk, als 
   zelfstandige werken beschermd

Artikel 24
Tenzij anders is overeengekomen blijft de maker van eenig schilderwerk, niettegenstaande de overdracht van zijn auteursrecht, bevoegd gelijke schilderwerken te vervaardigen.

Artikel 25a
In deze paragraaf worden onder nabestaanden verstaan de ouders, de echtgenoot of de geregistreerde partner en de kinderen. De aan de nabestaanden toekomende bevoegdheden kunnen zelfstandig door ieder van hen worden uitgeoefend. Bij verschil van mening kan de rechter een voor hen bindende beslissing geven.

Hoofdstuk II. De uitoefening en de handhaving van het auteursrecht en bepalingen van strafrecht
Artikel 26d
De rechter kan op vordering van de maker, tussenpersonen wier diensten door derden worden gebruikt om inbreuk op het auteursrecht te maken, bevelen de diensten die worden gebruikt om die inbreuk te maken, te staken.


Artikel 27
1  Niettegenstaande de gehele of gedeeltelijke overdracht van zijn  
   auteursrecht blijft de maker bevoegd een rechtsvordering ter verkrijging van 
   schadevergoeding in te stellen tegen degene, die inbreuk op het 
   auteursrecht heeft gemaakt.


Artikel 27a
1  Naast schadevergoeding kan de maker of zijn rechtverkrijgende vorderen dat 
   degene die inbreuk op het auteursrecht heeft gemaakt, wordt veroordeeld 
   de door deze ten gevolge van de inbreuk genoten winst af te dragen en 
   dienaangaande rekening en verantwoording af te leggen.


LET OP:  DE GEHELE WEBSITE IS ONDERHEVIG AAN COPYRIGHT.
Zonder toestemming van de auteur(s) is het derden op straffe van rechtsvervolging, verboden deze werken en/of afbeeldingen geheel of gedeeltelijk te copiëren en/of te verveelvoudigen, op wat voor manier dan ook.
H.R. Atsma